Lieke Kalhorn interviewde voor haar boek Als het leven lastig is tientallen jongeren en deskundigen over mentaal welzijn, zelfvertrouwen en veerkracht. Ze sprak ook Wico Mulder, Jeugdarts adolescenten en arts Maatschappij en Gezondheid. Hij werkt als netwerkadviseur Mentale Gezondheid & Welbevinden bij AllesisGezondheid/MissieMentaal en runt een eigen praktijk (SALUT) voor (jong)volwassenen in Gorssel. Hij heeft 10 jaar bij de GGD Amsterdam gewerkt en is betrokken bij diverse zorginnovaties. Wico verbindt graag mensen en organisaties die echt wat willen betekenen voor jongeren.
Kun je iets vertellen hoe jij je bezighoudt met het mentale welzijn van jongeren?
Ik werk vanuit AllesisGezondheid aan allerlei initiatieven die meehelpen aan een systeemverandering: van ziekte-denken naar gezondheids-denken (salutogenese). Een voorbeeld is de website jongerenhulponline.nl: alle organisaties die gratis online anonieme hulp bieden heb ik aan elkaar gekoppeld en met elkaar verbonden. Het is een platform geworden waar jongeren on- en offline kunnen zien: dit zijn mogelijkheden voor mij. Allemaal gratis en anoniem. Bijkomend is ons streven dat 'achter de schermen’ de organisaties ook meer met elkaar gaan samenwerken en effectiever naar elkaar verwijzen. We bouwen momenteel ook mee aan een nog groter platform. Daarin is het belangrijk dat jongeren elkaar gaan vinden, worden ondersteund en geholpen. Ook technische mogelijkheden waaronder AI, worden hierbij gebruikt. We verbinden, maken en bouwen dingen met het team van Alles is Gezondheid. We zijn geen denk-organisatie maar een doen-organisatie. Zo proberen we ook met onder andere Missie Mentaal, Cadeau voor de Co & A(n)io, het Mentaal Boekenbal, Doeboek Hoe dan? en een evenement als Mentale Gezondheid in Het Onderwijs (IQ en EQ in balans), strategisch en in verbinding met anderen, meer aandacht te krijgen voor sociaal emotioneel leren en persoonsvorming.’
Wat zie jij om je heen voor signalen dat jongeren het mentaal lastig hebben of juist mentaal veerkrachtig zijn?
Ik zie veel jongeren met suïcidale gedachten, jongeren met ziekteverzuim die (voortijdig) uitvallen in het onderwijs, kinderen die zich niet gezien of gehoord voelen, jongeren die niet meer weten wie ze zijn, die nooit verwoord hebben wat hun diepere verlangen is. Door de ervaren hoge druk, toenemende verwarring en overprikkeling gaan ze uit verbinding met zichzelf en hun context. Wat je ziet is dat jongeren als gevolg overmatig grijpen naar 'pijnvermijding': alcohol, drugs, voeding, sociale media, gamen.
Veel jongeren kunnen en durven niet meer te kiezen, dit is het resultaat van lang aanhoudende spanning of angst. Velen verkeren hierdoor voortdurend in een fight- or-flight-modus en als dit lang aanhoudt belanden ze in een toestand van freeze. Vaak is er sprake van een toxische context waarbij diverse problemen spelen waar ze geen grip op hebben en het een kwestie is geworden van 'overleven'. De beste keuze bestaat overigens niet. Er bestaat slechts: het maken van keuzes en het aanleren van het stellen van grenzen. Het is cruciaal dat jongeren dat leren, om te kiezen en nee te leren zeggen.
Ik zie ook veel jongeren met trauma. Bij trauma denken we vaak aan grote trauma’s zoals oorlogen, vechtscheidingen, (sexueel)misbruik of kindermishandeling. Er zijn ook veel trauma’s met een kleine letter t. Dan gaat het over zaken waarin je je niet gezien of gehoord voelt, bijvoorbeeld door een afwezige ouder. Een thema als verlies en rouw krijgt in onze maatschappij weinig aandacht. Verlies en rouw gaat overigens niet alleen over dood. Het gaat over iets dat er niet was, maar er wel had moeten zijn, bijvoorbeeld authenticiteit en veiligheid, onvoorwaardelijke liefde en warmte van je ouders. Is die er niet, dan creëren kinderen een overlevingsstrategie. Vanuit die overlevingsstrategie wordt bepaald gedrag vertoond en creëert zich een valse identiteit. Het gaat erom dat je dat ziet als hulpverlener, wat is het signaal achter de klacht, wat gaat er schuil achter signaalgedrag als oorzakelijkheid. Daarover en over het verlangen van een jongere, daar dient het gesprek in essentie over te gaan.
Jij ziet dat veel jongeren het moeilijk hebben. Wat zijn volgens jou de oorzaken daarvan?
We hebben in onze maatschappij (en onderwijs) een hyperfocus op IQ. Emotionele intelligentie (gevoel en emotie) is in onze maatschappij van ondergeschikt belang. Sociaal Emotioneel Leren en/of persoonsvorming is geen vak op school. Wat we nodig hebben, is meer focus en aandacht voor EQ: daadwerkelijk menselijk verbinden, elkaar zien en horen en verbinden met de ander, een veilige setting creëren, authentiek zijn en het over je kwetsbaarheid kunnen hebben.
In onze individualistische, ikkige maatschappij ben je verantwoordelijk voor je eigen succes. Geen succes hebben in onze tijd, dat ligt volledig aan jezelf: eigen schuld, dikke bult. Pas je in de structuur van het onderwijs? Loop je in de pas en kun/doe je er iets mee? Dan word je succesvol. Doe je er niets mee? Dan is het jouw schuld. Dat zorgt voor enorme druk en schuldgevoelens.
In Nederland hebben we ‘emotionele volwassenheid-ites’. Heel veel volwassenen zijn emotioneel onvolwassen. Alleen vanuit emotionele volwassenheid, als de ikkigheid en het toxisch ego gedrag eruit is en je weet wat je grens is, kun je je verbinden met anderen op een gezonde manier. In bijvoorbeeld de politiek en in vele boardrooms, zijn er veel mensen die emotioneel onvolwassen zijn. Die kunnen niet in dialoog met elkaar.
Sense of belonging en de sense of coherence zijn belangrijke universele principes. De sense of belonging is: je wil ergens bij horen, iedereen heeft dat. De sense of coherence is; je wil begrijpen wat er in jouw clubje, bubbel of team plaatsvindt. Je wil de sfeer en de context begrijpen. Als die twee niet kloppen of niet in balans zijn, ontstaat een sense of urgency, dan ga je emotionele pijn ervaren. Als je emotioneel onvolwassen bent of in een overlevingsstrategie zit van vroeger, dan is het heel moeilijk om voor jezelf te kiezen en je emoties te uiten. Daar word je ziek of ongelukkig van.
Verbinding is vanuit – the sense of belonging – cruciaal. Als authentieke verbinding wegvalt, en daar is in de huidige maatschappij helaas in hoge mate sprake van, valt iedereen op den duur om. Het hele Ubuntu: ik ben omdat wij zijn principe, of IK + JIJ = WIJ, staat enorm op de tocht. Jongeren proberen – vanuit the sense of coherence – grip te vinden in een wereld, die in brand staat. We zijn als volwassenen aan hen verplicht een helpende context te bieden en helpende relaties te creëren en te organiseren. Vanuit die context kunnen jongeren leren zelfstandig op zichzelf te vertrouwen en te bewegen in deze wereld om ‘een eigen plek’ en zichzelf te vinden. Dan blijven ze overeind.
Wat werkt niet volgens jou zoals we nu jongeren proberen te helpen?
Veel jongeren met klachten van hoofdpijn, buikpijn of aanhoudende vermoeidheid, worden vanuit het biomedische model veelal doorverwezen naar een Maag Darm Lever-arts of neuroloog. Die doorverwijzingen zijn duur, vergroten de wachtlijst en zijn veelal onnodig want er is meestal geen sprake van ‘een rode vlag' (ernstig darmprobleem of hersentumor o.i.d). Daarnaast worden de klachten daar vaak niet begrepen en dan worden ze SOLK (somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten) of tegenwoordig ALK (aanhoudende lichamelijke klachten) genoemd. Ik geloof zeker dat jongeren klachten ervaren maar ik geloof niet in ‘onbegrepen klachten’. Met een dergelijke 'diagnose' is een jongere niet geholpen. Het is grote nonsens. Je kunt vanuit het biopsychosociale model een klacht als hoofdpijn of buikpijn ook zien als een signaal. Het signaal achter de klacht ‘vinden’, daar gaat het eigenlijk in essentie over. Deze klachten zijn vaak een uiting van het lichaam van iets dat niet aangeraakt (besproken) wordt en wel 'gezien' dient te worden. Gevoel en emotie hebben een sterke relatie met onbegrepen klachten. Je kunt een klacht begrijpen als je ook kijkt naar de context waarin een jongere opgroeit. Dan begrijp je veelal waarom iemand hoofdpijn heeft. Dan gaat het over waar het over moet gaan, dat is het kwetsbare gesprek.
Als je samen met een jongere op zoek gaat naar de knoppen waar hij aan kan draaien, zul je zien dat de klachten, op termijn, verdwijnen. Dan moet je zo’n jongere wel begeleiden en ondersteunen vanuit een breder perspectief. We hebben een website en een tweetal bundels ontwikkeld met de naam Zie Mij Nu die gaan over onbegrepen klachten met veel mooie hoopvolle verhalen van jongeren die hersteld zijn.
Wat kunnen we doen om jongeren te helpen?
Wat ik nu zie bij jongeren, leg ik vaak uit aan de hand van een lemniscaat ∞. Aan de ene kant heb je de binnenwereld, alleen willen en kunnen zijn (reflectie). Aan de andere kant heb je de buitenwereld, in verbinding kunnen zijn met je context.
Levenskracht is dat je je in een soort continuüm beweegt met in jezelf kunnen en willen zijn en in verbinding kunnen zijn met anderen. Je komt steeds op een kruispunt, de x, dat is een drempel die je over moet gaan. Je moet ervoor kiezen om even alleen te willen zijn en als je merkt dat je hier van geniet, moet je weer even een drempel over om er voor te kiezen om weer met die ander te zijn. Dit is steeds een veranderproces. Reflectie, de innerlijke dialoog is heel belangrijk om in de buitenwereld te gaan doen wat je in de binnenwereld bedenkt. Bijvoorbeeld dat je bedenkt dat je niet meer rode ja’s wilt geven (pleasegedrag) maar meer terug wilt gaan naar de groene ja’s (voor jezelf kiezen). Dit kruispunt van de binnen- en buitenwereld is een ingewikkeld punt. Het creëert vaak chaos omdat je op de proef gesteld wordt om sommige dingen minder te doen en ander gedrag meer te gaan vertonen. Ik zie nu dat een gros van de jongeren in de binnenwereld schiet (zich niet meer verbinden, eenzaam worden, depressief worden) en een gros van de jongeren in de buitenwereld blijft (hypersociaal, pleasegedrag, op zoek naar likes). In beide gevallen is het ‘uit de bocht geraken’.
Het is onze taak als maatschappij om jongeren te helpen om in verbinding te blijven met zichzelf en met hun context, zodat ze niet ‘uit de bocht vliegen' door met hen het gesprek aan te gaan over de essentie. Daar is in de praktijk vaak geen tijd voor, en blijven we pappen en nathouden middels diagnosticering en symptoombestrijding.
Hoe doe je dat, het goede gesprek over de essentie aangaan?
Ik denk dat het belangrijk is dat we vaker het kwetsbare gesprek voeren. Dat we een jongere leren: wat zijn ‘de knoppen' waar jij aan kan draaien zodat je meer grip en verantwoordelijkheid kan nemen ten aanzien van je gezondheid en eigen leven, in goede verbinding met de anderen. Ik + Jij = Wij. Je dient het zelf te doen, maar niet alleen. Ik ben er voor jou. Vanuit die verbinding kunnen we jongeren ondersteunen, zodat ze minder de weg kwijt raken en uitvallen.
In het kwetsbare gesprek maak je gebruik van (trage)vragen en verlangens en komt er zicht op de vier dimensies of intelligenties: Fysiek (FQ), Emotioneel (EQ), Mentaal (IQ) en Spiritueel (SQ). Deze vier hebben een sterke onderlinge relatie en beïnvloeden elkaar continu. Ze vormen samen de Piramide van Balans (zie figuur hieronder).
De basis, het fundament is de fysieke dimensie: slapen, voeding en sporten/bewegen. Wanneer je niet afdoende slaapt en uitgeslapen bent, dan kan je je vaak minder goed concentreren (mentaal /cognitief) en ben je emotioneel minder stabiel.
Dan volgt het EQ, emoties en gevoelens. Iedereen heeft gevoelens. Hoeveel positieve en negatieve emoties ervaar je en deel je deze ook? Hoe sta je in verbinding met jezelf en anderen?
Dan volgt IQ, dat gaat over cognitieve intelligentie: denkvermogen, analyseren, reflecteren. Welke kennis en kunde heb je geleerd, welke overtuigingen over jezelf heb je gevormd?
Boven in de piramide zit de SQ: je spirituele zelf. Het betreft aspecten van zin- en betekenisgeving en creativiteit. Wie wil je ten diepste zijn, voor jezelf en de ander? Het gaat ook over momenten van rust en herstel ‘je batterij opladen’. Dat doen waar je naar verlangt en blij van wordt.
Als je je verbindt met je diepere waarden ontstaat er vertrouwen en veerkracht. Daar kom je alleen als je in balans leeft. In onze maatschappij richten we ons erg op IQ en FQ en vergeten vaak de SQ en EQ. Juist deze zijn zo belangrijk voor zelfreflectie, naar jezelf kijken en verantwoordelijkheid nemen.
Je kunt met een jongere kijken naar hoeveel tijd hij besteedt aan elke laag. De cijfers aan de zijkant van de piramide geven inzicht in hoe je je energie effectief kunt verdelen (in uren en percentages) over 24 uur en een gezonde balans ontwikkelt tussen de 4 dimensies. Als er een grote disbalans is, dan ga je samen op zoek of de jongere ergens de knop een beetje kan dichtdraaien of een andere knop wat meer open kan of een nieuwe knop kan bedenken. Dan komt er meer balans. Dus samen op zoek naar knoppen.
Het maakt niet uit waar je begint, er is geen hiërarchie en het is een fluïde model. Als je in één dimensie aan de knoppen draait, gebeurt er ook wat in de andere dimensies. Het is belangrijk dat jij als begeleider niet de knoppen bedenkt, maar een jongere dat zelf laat ontdekken. Ik vraag bijvoorbeeld m.b.t. SQ: ‘Wat vond je leuk om te doen toen je vier of acht of veertien was.’ Daar zit iets in van een verlangen. Wat is dat dan paardrijden of basketbal of met lego bouwen? Wat zit daar dan in? Dat biedt weer deuren naar andere knoppen of een ander begrip van wat voor een jongere van waarde is.
Wat ook belangrijk is, is dat we terug moeten naar rituelen, verbinden met jezelf en de ander. We zitten in een tijd van secularisatie, mensen gaan niet meer naar de kerk. Rituelen zijn goed voor het herstel van verbinding met jezelf en de ander. Bijvoorbeeld door het lopen van een labyrint: een eeuwenoud universeel symbool voor de zoektocht naar antwoorden op (levens)vragen, innerlijke wijsheid of naar stilte en rust. Je loopt een pad waarin je niet kunt verdwalen. Het staat voor transformatie, verandering en verbinding. Je ziet dat als jongeren een labyrint lopen, dat het raakt aan de/hun essentie. Er gebeurt bij iedereen iets.
Wat zou er maatschappij-breed veranderd moeten worden?
Allereerst is het heel belangrijk dat er meer geïnvesteerd wordt in emotioneel leren en persoonsvorming. Daarnaast moeten we het ook hebben over veerkrachtige jongeren en hen ondersteunen bij het zich uitspreken. Velen zijn zo helder en bewust van wat er speelt. Het is belangrijk dat we jongeren een stem blijven geven en betrekken. Dat we daar echt naar luisteren, dat zij ons helpen bij de transformatie, want we hebben het over hun toekomst. En die ziet er momenteel complex en niet rooskleurig uit. Ik ben zeker ook heel hoopvol omdat ik ook een grote potentie zie bij heel veel jongeren die hele mooie ideeën hebben. We moeten ervoor zorgen dat we hen koesteren en niet uitputten. Er zijn veel moedige jongeren die zich durven uitspreken. Ik hoop dat volwassenen ook volgen en meer lef en moed gaan tonen om de schouders eronder te zetten om met elkaar een grote gezonde verandering te realiseren.
---------------------------------------------------
Dit interview komt uit het extra materiaal bij het boek Als het leven lastig is. Lieke Kalhorn sprak tientallen jongeren en deskundigen voor haar boek. Deze interviews zijn als bijlage bij haar boek te lezen.
Wil je meer weten over het versterken van mentaal welzijn en veerkracht bij jongeren en er vooral wat aan doen? Op 22 mei vindt het Middagsymposium Mentaal welzijn en veerkracht bij jongeren versterken plaats. Bij deelname ontvang je gratis het boek Als het leven lastig is. Lees hier meer informatie of meld je meteen aan!