Joyce van der Wegen, 29 jaar, was programmamanager externe relaties en adviseur bij ECIO (Expertisecentrum Inclusief Onderwijs) en oprichter van het landelijk kennisplatform studentenwelzijn. Het ECIO werkt nauw samen met het Trimbos-instituut in het programma Studentenwelzijn (Stijn) voor mbo, hbo en wo. Sinds 1 april 2025 werkt ze bij de Nederlandse ggz als woordvoerder en adviseur public affairs.
Joyce heeft in 2023 een oproep in de Volkskrant gedaan voor het opzetten van een OMT om de mentale pandemie onder jongeren te bestrijden. Ze heeft zich als student al ingezet voor mentaal welzijn van jongeren als lid van de studentenvakbond en bij het NIP voor psychologiestudenten. Hoewel ze al een aantal jaren werkt, voelt ze zich erg verbonden met jongeren en studenten en kan ze zich goed in hen verplaatsen. Lieke Kalhorn interviewde haar over haar eigen ervaringen, maar vooral ook over hoe zij zich inzet voor het onderwerp.
Wat zie jij om je heen (in je werk & omgeving) voor signalen dat jongeren het mentaal lastig hebben of juist mentaal veerkrachtig zijn?
In 2017 toen ik bij de landelijke studentenvakbond zat, kwamen er veel signalen vanuit studenten dat ze worstelden met mentale problemen. Dat was eigenlijk ook voor het eerst het moment dat ik er zelf mee te maken kreeg. Ik kreeg een aantal fysieke klachten en later bleek dit stress gerelateerd te zijn. Het is dus een combinatie van zelf die ervaring hebben en het veel om me heen zien en horen waardoor ik het toen ben gaan agenderen met andere studenten. Dus zo ben ik me ervoor gaan inzetten.
In verschillende onderzoeken zie je dat hoge percentages jongeren aangeven angst of somberheidsklachten te ervaren, maar ook wel veel dingen die daarmee samenhangen zoals eenzaamheid en slecht slapen. Het middelengebruik is ook vrij hoog onder jongeren. Daarnaast zie je ook veel uitval door burn-out- of overspannenheidsklachten, overprikkelbaarheid. Ik vind die percentages schrikbarend. En, dat beseffen veel mensen niet, doodsoorzaak nummer 1 onder jongeren tot 30 jaar is suïcide. Er zijn veel jongeren die iemand in hun omgeving kennen of dat een keer hebben meegemaakt.
Daarom heb ik eerder een oproep gedaan voor een OMT op te richten om deze mentale pandemie te bestrijden. Het komt voort uit een oprechte verbazing dat er op kabinetsniveau zo weinig aandacht is preventie en het versterken van de mentale gezondheid van jongeren. Dat vind ik echt bizar. Ik denk dat jongeren zich niet echt gehoord of vertegenwoordigd voelen in de politiek of beleidsvoorstellen.
Wat zijn volgens jou de mogelijke oorzaken van die mentale problemen?
Het is natuurlijk multi, het is niet 1 factor. We zien in onderzoek naar de oorzaken van prestatiedruk onder jongeren dat onzekerheid als sleutelwoord wordt genoemd. Er is zoveel onzekerheid, over de toekomst, over woonsituatie, over klimaat, over financiële situatie, dat maakt het heel ongrijpbaar. Je bent op zoek naar controle en houvast in een complexe wereld, wat dus niet zo goed lukt.
Je hebt zelf ook geworsteld met mentale problemen. Wat wil je daarover vertellen?
Dat vakbondsjaar was heel intens, van 9.00 uur tot 22.00 uur ben je elke dag bezig. Je krijgt als jong iemand al grote verantwoordelijkheden want je zit ineens aan tafel bij de minister en Kamerleden, maar je bent ook werkgever want je hebt ook mensen in dienst. Dat geeft op jonge leeftijd best wel wat druk op je schouders en ik voelde daardoor veel stress.
Hoe is het jou gelukt om daar mee om te gaan?
Ik ben naar de huisarts gegaan en hulp gezocht bij een psycholoog. Maar het is best lastig. Ik had het gevoel dat er twee realiteiten waren, omdat ik psychologie studeerde en er ook via werk mee bezig was. Als je er dan zelf mee te maken hebt, dan is het best wel spannend en moeilijk om dat te delen of er wat mee te doen. Het was ook wel een moeilijke match tussen wat ik allemaal wist, ik snapte hoe het werkte, en om dat in mijn eigen leven toe te passen.
Openheid in je sociale kring is echt heel belangrijk. Ik merk bij vrienden en vriendinnen dat we daar steeds meer gesprekken over voeren. Dus naast een beetje basiskennis over hoe stress werkt en hoe je dat kan herkennen, zijn vooral die gesprekken heel belangrijk, want dan herken je het ook bij elkaar. Het helpt als vrienden er open over zijn om er zelf ook iets over te delen. Volgens mij is praten toch wel een van de belangrijkste dingen, altijd.
Wat kunnen jongeren het beste wel of niet doen als ze klachten ervaren?
Dat is altijd een moeilijke vraag omdat het voor mensen verschilt wat voor hen werkt. Maar praten is iets dat je altijd moet doen met mensen die je vertrouwt en die in je omgeving zijn. Het helpt niet om het geheim te houden of het voor jezelf te houden, daar word je niet beter van. En ik denk dat het heel goed is dat je gaat kijken waar het vandaan komt.
Vaak zit er bij paniekaanvallen iets van hyperventilatie onder. Dus het eerste wat ik ging doen was ademhalingsoefeningen om die hyperventilatie aan te pakken. Dat is natuurlijk niet de oorzaak. De oorzaak is waarom ga je hyperventileren, dat is echt belangrijk om dat uit te zoeken. Ik denk ook dat een stukje educatie goed is, dat je de basics weet van hoe een stresssysteem werkt. En ook dat je weet: stress is niet erg. In onze maatschappij zie je steeds meer dat mensen bang zijn voor gestrest zijn of bang worden om een burn-out te krijgen. Een beetje stress is niet erg, maar als je langdurig te hoge stress hebt, dan is dat niet goed. Net zoals dat je elke dag eet om je lichaam te onderhouden, moet je ook zorgen dat je vaak ontspant of aan je mentale gezondheid werkt; net als eten.
Aan wie heb je de meeste steun gehad?
Ik denk aan mijn beste vriendin. Dat is wel een bijzonder verhaal. Haar moeder is depressief geweest en zij heeft haar uiteindelijk op haar 15e aan suicide verloren. Bij haar kan ik echt alles zonder oordeel vertellen. Het is heel fijn als je elkaar ook begrijpt in ervaring. Vooral op momenten dat het niet zo goed gaat denk je wel eens; waarom heb ik dit nou en waarom kan het nou niet eens goed gaan. Dan is het heel bevrijdend dat een ander dat herkent. Dan denk je: het valt wel mee, ik ben niet de enige die daar mee zit.
Ik heb ook veel steun van mijn ouders gehad. Ze staan altijd klaar en zijn heel begripvol, ook als het gaat om mentale uitdagingen. Het is fijn als mensen zonder oordeel reageren of misschien zeggen: dat heb ik zelf ook gehad, een beetje normaliseren.
Wat moeten volwassenen wel en niet doen als ze met jongeren in gesprek gaan?
Wat ik merk is dat er nog vaak veel onbegrip wordt ervaren door jongeren. Het is niet altijd bewust of expres, maar vaak gaat het gesprek over dat jongeren niet veerkrachtig of weerbaar genoeg zouden zijn. Of dat bijvoorbeeld ouders zeggen: 'Ja, tegenwoordig heeft iedereen een burn-out.’ Ik zou dat wel willen keren. Ik zou het juist wel willen normaliseren dat je erover praat als het minder met je gaat of als je een periode van stress hebt. Dan is het fijn als een volwassene daarin juist steunend is en ook aangeeft dat het helemaal niet erg is, dat het bij het leven hoort. Het helpt als je dan met iemand meekijkt. Wat je dan kan doen om toch te ontspannen. Eerder aanmoedigen om te praten. Ik denk dat het onbewust best spannend is om iets te vertellen als je de hele tijd maar hoort ‘iedereen heeft maar stress en jullie zijn niet weerbaar.’ Daar creëer je een drempel mee.
Wat zijn jouw ideeën over wat er moet gebeuren?
Allereerst moet het taboe worden doorbroken dat het normaal is om hierover te praten. Dan bedoel ik thuis met je ouders maar ook in de klas en op werk. Veel jongeren durven er in werksituaties niet over te praten omdat ze toch bang zijn dat ze dan anders worden beoordeeld, dat ze dan een promotie o.i.d. niet krijgen.
Wat wij als ECIO zeggen is dat jongeren pas gebruik maken van hulpaanbod als het laagdrempelig is. Je kan niet een aanbod hebben zonder ook te werken aan het doorbreken van het taboe. Heel vaak weten jongeren ook niet dat het er is. Dus moet je jongeren er letterlijk naar toe leiden en aan de bekendheid werken. Bij hogescholen en universiteiten staat autonomie voorop, maar als het niet goed gaat met een jongere dan is dat hetgeen dat het meeste onder druk staat. Zelf de stap zetten naar hulp, zelf aan de bel trekken, zelf onderzoeken wat er allemaal aan hulp is. Dat is het allermoeilijkste. Dat is precies wat dan niet lukt en precies wel hetgeen dat wordt verwacht. Ik denk dat daar veel meer bewustzijn voor moet komen, besef dat er extra hulp nodig is als de autonomie onder druk staat. Dan is het fijn als een jongere wat meer bij de hand genomen wordt.
Ik denk ook dat onze blik op stress anders kan. We spreken vaak over dat stress een probleem is, maar stress kan ook je vriend zijn. Je moet er niet bang voor zijn, maar er mee om leren gaan. Wisselingen in gemoed of tegenslagen zijn ook een soort golfbeweging in je leven. De ene keer gaat het wat beter en de andere keer wat minder.
Onderwijs is sleutel tot verandering. Doorlopende leerlijnen die aandacht besteden aan mentaal welzijn, maar ook dat de docent niet alleen iemand is die lesgeeft, maar ook iemand is waar je bij terecht kan. Iemand die aan je vraagt: ‘Hoe is het met je?'. Misschien ook signaleert als mensen er niet zijn.
Ik pleit voor volwassenen die vaker aan jongeren de vraag stellen: ‘Hoe is het met je?’ En lessen mentaal welzijn vanaf de basisschool tot en met vervolgopleidingen zou ook echt helpen.
Meer wederzijds begrip zou ook goed zijn. Zonder dat ik generaties tegen elkaar wil uitspelen of tegenover elkaar wil zetten, maar ik denk dat het voor oudere generaties best moeilijk is om te begrijpen hoe het is om nu op te groeien in deze maatschappij. Vaak wordt er dan ook een soort schuld neergelegd: jullie zitten alleen maar op je telefoon, jullie maken jezelf te druk, jullie willen zelf te veel of jullie zijn te perfectionistisch. En dat is misschien wel zo, maar ik denk dat het voor veel jongeren niet zo voelt als een keuze maar een context waarin je bent opgegroeid. Jongeren snappen zelf ook heus wel dat het niet goed voor je is om vijf uur achter elkaar op Instagram te zitten. Het is een complexe wereld waarin we opgroeien en we zijn zoekend naar een nieuwe manier om je daartoe te verhouden. Social media is ook een onderdeel van onze identiteit geworden, een manier om onze vrienden te volgen en inspiratie op te doen. Ik ken ook wel veel mensen die er een tijdje mee stoppen, maar dan toch weer beginnen omdat ze het gevoel hebben dat ze toch te veel missen.
Tenslotte zou het denk ik goed zijn dat er iets van een landelijke coördinator of team of minister zou komen die structureel kijkt naar de langetermijnstrategie voor een mentaal gezonde jeugd. Dat er serieuze aandacht en budget voor is.
---------------------------------------------------
Dit interview komt uit het extra materiaal bij het boek Als het leven lastig is. Lieke Kalhorn sprak tientallen jongeren en deskundigen voor haar boek. Deze interviews zijn als bijlage bij haar boek te lezen.
Wil je meer weten over het versterken van mentaal welzijn en veerkracht bij jongeren en er vooral wat aan doen? Op 22 mei vindt het Middagsymposium Mentaal welzijn en veerkracht bij jongeren versterken plaats. Bij deelname ontvang je gratis het boek Als het leven lastig is. Lees hier meer informatie of meld je meteen aan!